“Dat ik hier nog over Sim City zou gaan praten…”, lacht Jordan Jansen. Hij is net een dag in dienst bij Procap en wij maken kennis. “Wanneer je kijkt naar de computerspelletjes die ik vroeger speelde dan vond ik het heel leuk om spellen als Sim City te spelen. Je richt je eigen ruimte in en je maakt dit zo functioneel mogelijk. Ik zorgde altijd voor een combinatie tussen de esthetische kant, het moet mooi zijn, en de functionele kant, de stad moet bereikbaar zijn.” Gaan we deze aanpak ook bij Procap terugzien? “Ik wil bijdragen aan een mooier, schoner en beter Nederland en ik heb hier het gevoel dat ik mijn steentje kan bijdragen.” Hij geeft aan dat hij op zoek was naar een organisatie waar hij zich verder als persoon en professioneel kan ontwikkelen. “Door de diverse projecten heb ik de mogelijkheid om overal wat van mee te krijgen en zo kan ik ontdekken waar mijn interesse en kracht ligt. Het thema mobiliteit heeft mij bijvoorbeeld altijd aangesproken. Daar kunnen wij in Nederland nog mooie stappen in maken en daar zou ik graag aan bijdragen.”, licht hij toe.
Achtergrond
Jordan studeerde sociale geografie en planologie. In zijn master sociale geografie lag de nadruk op economische geografie. “Het sociale is soms heel abstract en economische is voor mij concreter.”, zegt hij. Zijn studerende leven begon hij ergens anders. “Ik heb een half jaar Europese studies gedaan in Maastricht. Die studie is gericht op Europa en de Europese politiek.” Lang duurde dat niet. “Ik merkte dat ik meer bezig wilde zijn met mijn directe leefomgeving. Ik ben namelijk altijd heel betrokken geweest en daar kan ik nu vorm aan geven in de fysieke leefomgeving.” Duidelijk wordt die betrokkenheid wanneer wij het over zijn afstuderen hebben en de plek waar hij vandaan komt. Jordan komt namelijk uit Limburg, een krimpgebied. “Veel jongeren trekken er weg omdat ze er niet vinden wat zij nodig hebben of omdat zij zich schamen voor hun accent.” Hij wil ook iets betekenen voor die omgeving. “Dat heeft te maken met Limburgse trots. Zo voel ik mij ook.”, vertelt hij met een grote lach op zijn gezicht. “Bevolkingskrimp is een actueel thema dat op meerdere plekken speelt of in de toekomst gaat spelen.” Het afstudeeronderzoek was gericht op burgerinitiatieven. “We worden mondiger en je kunt je als betrokken burger organiseren en initiatief nemen.” Het thema van het onderzoek was de krimpproblematiek in het algemeen en het resultaat een aanbeveling voor deze gebieden in het kader van de omgevingswet. De vraag: hoe kun je burgerparticipatie het beste organiseren in krimpgebieden? “Er zijn maar weinig gebieden actief, of beter gezegd bewust, mee bezig.”, legt hij uit. “Wanneer de wet intreedt staat het vast dat er burgerparticipatie moet zijn, maar hoe dat mag een gemeente zelf invullen.” Jordan onderzocht het inzetten van een broker en hoe je dat ook op andere plekken goed kunt doen. “Resultaat was een persona van de broker en kenmerken die het voor hem en voor de initiatieven succesvol kunnen maken. Denk aan lokale tongval, die het dialect spreekt en uit de regio komt.” Jordan benoemt ook nog andere voorwaarden. “De broker moet niet door de gemeente of door een externe aangesteld zijn en vooral niet top-down. Iemand die je iedere dag op straat tegenkomt waar je ff een kop koffie (of biertje?) mee drinkt. Iemand die partijen bij elkaar brengt en goede connecties heeft.”
Eerste opdracht bij Procap
Een aantal weken na onze kennismaking heeft Jordan zijn eerste opdracht bij Procap binnen. Hij gaat binnen het thema mobiliteit aan de slag bij Maastricht Bereikbaar. “Het stimuleren van fiets en e-bike gebruik is daar de rode draad. De relatief korte woon-werkafstanden en het hoge aandeel autogebruik maakt de fiets en vooral de e-bike kansrijke alternatieven in de regio.” Dat klinkt als een uitdaging om daar verandering in te brengen. “Ja, klopt. Hiervoor hebben een aantal grote werkgevers, overheden en nog een heel scala aan belanghebbende partijen de handen ineengeslagen om met een structurele aanpak de forenzen te wijzen op de mogelijkheden voor het gebruiken van de fiets.” Het is een project dat goed bij hem past. “Ik vind dat we de auto wat vaker moeten laten staan en nu kan ik daar in mijn werk een bijdrage aan leveren. Nota bene in mijn eigen geboortestreek!”
Tekst & foto: Raymond Dekker